De Stelling: ‘9% loonsverhoging in de cao-onderhandelingen is te weinig’ |
|
|
|
|
| 295 sec |
Tussen de bonden en de werkgevers bestaat discussie over de voorgestelde loonsverhoging. De vakbonden spreken over 6%, de werkgeversbonden over 9%. Punt van discussie is de 3% loonsverhoging die werd doorgevoerd in februari 2023, buiten de cao-onderhandelingen om. Vakblad De Hovenier vraagt aan enkele betrokkenen hoe zij hier tegenaan kijken.
Monique Daamen, FNV-bestuurder, verantwoordelijk voor hoveniers-cao-onderhandelingen |
Monique Daamen, FNV-bestuurder, verantwoordelijk voor hoveniers-cao-onderhandelingen
'Werkgevers zeggen nu drie keer 3% te bieden, maar dan praat je over de verkeerde looptijd. De nieuwe cao start per 1 juli; dan ga je niet met terugwerkende kracht kijken wat er het afgelopen jaar is betaald.' Daamen spreekt tegelijkertijd tegen dat de FNV alleen kijkt naar dit jaar. 'Als vakbond hebben wij wel degelijk gekeken over een langere periode. Als je kijkt wat er vanaf 2018 binnen de hoveniers-cao is toegekend aan loonsverhogingen en wat de gemiddelde CPI was, dan zie je dat wij, als hovenierssector, meer dan 3% achterlopen op de inflatie. Dan hebben we de gemiddelde inflatie van 2023 nog niet meegenomen. Zeg dat die nu rond de 5% uitkomt. Dan praat je dus over 8% in totaal, waarbij die 3% loonsverhoging van februari 2023 al is meegeteld. 8% is een flink gat; het is terecht dat medewerkers en onze leden zeggen dat wij erop achteruitkachelen qua inkomen. Hoveniers kijken tegelijkertijd om zich heen naar andere sectoren, bijvoorbeeld naar de gemeente-cao. Dat was een behoorlijk forse verhoging, boven de 8%. Je moet als werkgever ook nadenken; je wilt aantrekkelijk blijven als sector en dit loonbod zorgt daar niet voor.' Daamen sluit positief af: 'We hebben in de onderhandelingen al een aantal mooie stappen vooruit gezet. Zo zijn er verbeteringen op het gebied van reiskosten, de huidige ketenregeling, thuiswerken, mantelzorg en de toezegging van een externe vertrouwenspersoon. We zitten nog steeds in de onderhandelingen en ik hoop van harte dat we eruit gaan komen.'
|
Als je kijkt wat er vanaf 2018 binnen de hoveniers-cao is toegekend aan loonsverhogingen en wat de gemiddelde CPI was, dan zie je dat wij, als hovenierssector, meer dan 3% achterlopen op de inflatie
| |
|
| Olaf Janssen, woordvoerder cao-onderhandelingscommissie Koninklijke VHG |
|
|
Olaf Janssen, woordvoerder cao-onderhandelingscommissie Koninklijke VHG
'De verwarring ontstaat uit een verschil in zienswijze. Wij hebben eind vorig jaar besloten gezien de hoge inflatie niet te willen wachten tot 1 juli 2023 om werknemers extra te bieden. We zijn begonnen met de onderhandelingen omdat de cao per 1 juli afloopt. We wisten dat er een stevige looneis op tafel zou komen, want we kijken ook naar aangrenzende sectoren. Daarom hebben we voor de komende cao 6% geboden. Zo gaan alle hoveniers er in twaalf maanden tijd 9% op vooruit. Dat is in onze visie een heel mooi bod en dat hoor ik ook terug uit de markt, niet alleen van werkgevers. De zienswijze van FNV en CNV is: wij sluiten een cao af en 6% is te weinig, maar dan kijk je alleen naar die loonsverhoging. Dat is een verschil in zienswijze. Begin september gaan we daar verder over praten. Intussen kan iedereen bij zijn achterban de definitieve zienswijze ophalen; vanaf 7 september gaan we daarover in overleg. Er is verder niet zoveel aan de hand. We hebben tot nu toe vrij snel goede afspraken gemaakt over het verbeteren van de cao; denk bijvoorbeeld aan de potentiële uitbreiding van de seniorenregeling. Verder zijn we al een heel sociale branche. We zijn continu in gesprek met de bonden over verbeteringen en daarnaast is er geen branche die zoveel afdraagt aan Stichting Colland - geld dat allemaal terugstroomt naar de hovenierssector via bijvoorbeeld scholings- en seniorenregelingen. Daarom hoop ik dat we er in september samen uitkomen, want er liggen mooie verbeterpunten klaar.'
|
'We hebben tot nu toe vrij snel goede afspraken gemaakt over het verbeteren van de cao; denk bijvoorbeeld aan de potentiële uitbreiding van de seniorenregeling'
| |
|
| Cees van Winsen ondernemer bij Van Winsen Tuinen & Bomen |
|
|
Cees van Winsen, werkgever, Van Winsen Tuinen & Bomen
'Vanuit het personeel gezien begrijp ik de verhoging. De prijzen van de boodschappen zijn flink gestegen; het is nu moeilijker om rond te komen. Maar voor ons als bedrijf is het bijna niet te verkopen.' Van Winsen Tuinen & Bomen is voornamelijk werkzaam in de particuliere sector. 'Ons uurtarief is recent nog omhooggegaan naar 58,50 euro exclusief btw. Met een nog stevigere looneis zal ik dit bedrag weer moeten verhogen. Particulieren zullen dan echt schrikken als ze zien wat ze voor een professionele tuinman moeten betalen. Wat natuurlijk ergens krom is, want voor garagehouders of loodgieters is een bedrag van 65 à 70 euro ex al vrij normaal, tegenwoordig zelfs goedkoop. Maar in de hovenierssector blijft dit moeilijk. Het gat tussen ons als professioneel hoveniersbedrijf en zelfstandige hoveniers met hun lage tarieven wordt zo nog groter. Dat vind ik in de tariefstelling dus lastig en oneerlijke concurrentie: de zzp'er die zichzelf tekortdoet om diverse redenen, ten opzichte van een bedrijf met personeel, dat met veel meer regels en kosten te maken heeft. Verder vind ik het bijzonder dat die 3% van februari niet wordt meegerekend. Dat is er toch gewoon dit jaar bij gekomen? Maar ik neem aan dat de bonden onze sector ook goed vergelijken met andere sectoren en wat daar is gebeurd. Je wilt jezelf als sector natuurlijk niet tekortdoen.'
|
'Wat natuurlijk ergens krom is, want voor garagehouders of loodgieters is een bedrag van 65 à 70 euro ex al vrij normaal, tegenwoordig zelfs goedkoop'
| |
|
Jan Vos, voorman/uitvoerder bij Donker Groep, namens vakbond CNV als werknemer aanwezig bij de onderhandelingen in de cao-commissie
'Wij schrokken van het bod van de werkgevers. Het is te weinig, zeker als je ziet wat er in concurrerende branches gebeurt. We vissen als sector in dezelfde vijver als de bouw en techniek. Daar zijn de lonen de afgelopen tijd wel fors zijn verhoogd, in veel branches minimaal 10% erbij. Met dit loonbod van 6% prijzen we onszelf als sector uit de markt, terwijl het personeelstekort al aanzienlijk is. Een goede cao is van belang om goede mensen te trekken. Bij ons zijn in de afgelopen tijd alleen al vier mensen naar de gemeente overgestapt. Gewoon omdat de cao daar beter is en de werkdruk lager. We erkennen tegelijkertijd dat we in een bijzondere tijd leven met veel onzekerheden, juist ook voor werkgevers. We hoeven niet altijd meer en meer, maar we willen er vooral niet op áchteruitgaan, en met het huidige loonbod is dat wel het geval. Wij denken dat er branchebreed nog wel wat rek in zit. Zeker als je kijkt naar de winstcijfers van de werkgevers. Ik hoor werkgevers zeggen dat zij hierdoor werk gaan verliezen, maar misschien is dat niet eens zo erg. Er is immers meer werk dan er mensen zijn; dat haalt weer wat druk van de ketel.' Vos spreekt ook tegen dat het misverstand over 6% dan wel 9% een oorzaak was van het stuklopen van de onderhandelingen. 'Als ze nu 9% hadden geboden en niet die 3% in februari hadden gegeven, was het ook niet genoeg geweest. Deze cao loopt tot juli volgend jaar; dan zouden we echt tekort gaan komen.'
|
'Met dit loonbod van 6% prijzen we onszelf als sector uit de markt, terwijl het personeelstekort al aanzienlijk is'
| |
|
| Directeur Raymond Puts van werkgeversvereniging AWVN |
|
|
Raymond Puts, directeur Werkgeversvereniging AWVN
'De balans in het cao-overleg is zoek. Het is zaak het evenwicht te herstellen tussen loonstijgingen en de stijging van de arbeidsproductiviteit, tussen focus op korte termijn en lange termijn en tussen verschillende groepen werknemers.' AWVN is de belangrijkste arbeidsvoorwaardenadviseur van de Nederlandse werkgevers en constateert dat de onderhandelingen zijn verhard. Dat blijkt volgens de AWVN uit het aantal werknemersacties en stakingsdreigingen. 'De maatschappelijke druk en de nadruk van de vakbonden op koopkrachtbehoud resulteren dit cao-jaar in een sterk oplopende trend in loonafspraken, met een hoogtepunt in mei. In de afgelopen maand was de gemiddelde loonafspraak 8,2%. Dat kan volgens AWVN uitlopen op een loon-prijsspiraal.' AWVN wijst op grote economische onzekerheden en teruglopende vraag in verschillende sectoren. Puts constateert dat de loonstijgingen hoger uitvallen dan de stijging van de productiviteit. Dat betekent dat de loonkosten stijgen per product of dienst, waardoor de prijzen weer eerder omhoog zullen gaan en een haasje-overeffect kan ontstaan. Ook De Nederlandsche Bank waarschuwt hiervoor, aldus AWVN. De nadruk op loonstijgingen leidt daarnaast volgens AWVN tot verwaarlozing van vraagstukken voor de langere termijn, met als belangrijkste de investering in (potentiële) werknemers. Investeringen in leren en ontwikkelen en preventie van ziekteverzuim zijn van groot belang voor een gezonde arbeidsmarkt waar mensen duurzaam kunnen werken. Achterblijvende investeringen in werkenden kunnen op termijn leiden tot een afname van het verdienvermogen van Nederland, aldus Puts.
|
'Loonstijgingen zullen hoger uitvallen dan de stijging van de productiviteit, hierdoor zullen de prijzen weer eerder omhoog zullen gaan en een haasje-overeffect kan ontstaan'
| |
|
Wat is de CPI? En wat is het verschil met inflatie?
CPI is een afkorting van 'consumentenprijsindex'. Dit indexcijfer geeft het gemiddelde prijsniveau weer van diensten en goederen. De inflatie wordt dan gemeten als de procentuele stijging van de CPI in een bepaalde periode ten opzichte van dezelfde periode van het voorgaande jaar.
|
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|