'Vertrouw erop dat de natuur zichzelf herstelt, ook al heeft dat tijd nodig' |
|
|
|
Linde Kruese,
dinsdag 3 september 2019 |
|
| 519 sec |
De kunst van het niet-ingrijpen
Klimaatverandering heeft steeds extremer weer tot gevolg. Lange periodes van droogte worden afgewisseld door heftige regenbuien. Hoe gaan groenwerkers daar in de praktijk mee om? De vakbladen De Hovenier en Stad+Groen gaan op zoek naar vakmensen die creatieve, praktische oplossingen hebben bedacht voor alledaagse problemen die veroorzaakt worden door klimaatverandering. De winnende inzending wint een prachtige Gouden Gieter, die wordt uitgereikt tijdens de Boom Innovatie Dag op 24 oktober bij Boomkwekerij Udenhout. Om de wedstrijd af te trappen, vragen we drie hoveniers en grootgroenbedrijven in het Noord-Brabantse Vinkel en omstreken naar hun strategie bij het omgaan met extreem weer.
|
Al van kleins af aan wroet Joris van Roosmalen uit Berlicum, op steenworp afstand van Vinkel, in de aarde. Hij woont nog steeds op het stuk grond waar hij opgroeide met een vader die werkte bij het waterschap. Hoewel hij geen tuinman was, heeft Joris de liefde voor het buitenleven wel van zijn vader overgenomen. Dat straalt ook weer af op zijn kinderen: ook zij zijn veel buiten te vinden. Van Roosmalen is zijn carrière in dienst van een aantal werkgevers begonnen om het vak in de praktijk te leren, voordat hij in 2003 voor zichzelf begon. Van Roosmalen heeft niet altijd de ambitie gehad om te ondernemen. 'Maar toen ik voor een baas ging werken, kreeg ik al vrij snel het idee dat ik dit voor mezelf wilde gaan doen', legt hij uit. Een tijdje werkte Van Roosmalen als zzp'er voor grote aannemers en gemeenten. Daar stopte hij mee toen hij merkte dat dit een heel andere tak van sport is dan tuinwerk voor particulieren. 'Ik werk te netjes voor het grote werk en mijn bedrijf is er te klein voor. Daarvoor moet je doorgroeien en dat wilde ik bewust niet. Ik hou meer van kleinschalige opdrachten, zodat ik zelf mee kan werken. Toen verschoven de opdrachten steeds meer naar particuliere tuinen.'
Geen winter, geen rust
Van Roosmalen heeft twee man personeel en als het nodig is, wordt er extra mankracht ingehuurd. Gemiddeld werken ze met vier man. 'Maar het is lastig om personeel te krijgen, want iedereen is druk. Tegenwoordig hebben we bijna geen seizoenen meer. We werken de hele winter door, met uitzondering van een weekje vorst of sneeuw. Met dat weekje zijn we juist blij; dan hebben we even de tijd om binnen alles bij te werken. Echt seizoenswerk is er ook niet meer, omdat er veel werk is in de aanleg.' Nu doet Van Roosmalen voornamelijk aanleg en onderhoud van particulier groen en bedrijfstuinen. Hij komt nog steeds bij klanten bij wie hij zestien jaar geleden voor het eerst was. 'Dat is fijn, want ik weet wat ik aan ze heb. Vanuit die vaste klantenkring bouw je verder. Vijftig procent van de klanten waar ik onderhoud doe, zijn vaste klanten, waar ik ieder jaar meerdere keren kom. Bij de ene klant iedere week, bij de andere twee keer in het jaar; dat verschilt.'
|
'Er ligt nu een mooi sedumtapijtje dat beter bestand is tegen de zon'
| |
|
Gazon van sedum
Van Roosmalen is zich zeer bewust van de gevolgen van klimaatverandering, die ook tijdens zijn werk merkbaar zijn. 'We kijken altijd waar de zon staat, waar schaduw is en hoe de grond is opgebouwd. Daaraan passen we onze plantenkeuze aan. Al die factoren moeten op elkaar afgestemd zijn. Onze eerste vraag is daarom altijd: hoe ligt de tuin? Anders kunnen we geen ontwerp maken.' Bij de keuze voor planten wordt zeker rekening gehouden met het warmer wordende klimaat. Zo doet lavendel het goed tijdens een droge zomer; die hoef je in principe geen water te geven. Een plant die het volgens Van Roosmalen minder goed doet, is spirea. 'Die zie ik nu overal verbranden. Zodra het een week droog is, krult het blad helemaal op. Dat is dus een soort waar ik minder snel voor kies. Spirea moet wel zon hebben, maar tegen 40 graden is hij niet bestand.' Soms kun je ook creatief omgaan met de veranderingen; er zijn tenslotte veel soorten die juist wel tegen de warmte kunnen. 'Laatst was ik bij een klant met een gazon in de voortuin waar de zon de hele dag op staat. Daar begon spontaan sedum op te groeien. Toen dacht ik: waarom maken we er geen 'sedumgazon' van? Nu ligt er in de voortuin een mooi strak sedumtapijtje, dat minder onderhoud vergt dan een gazon en het is goed bestand tegen de zon.'
| Met zijn voortuin trekt Van Roosmalen af en toe nieuwe klanten. |
|
|
A4'tje met tips
Van Roosmalen is zich dus bewust van de aanpassingen die de droogte vergen. Hoe zit dat bij zijn klanten? 'We merken dat sommige klanten ermee bezig zijn en anderen totaal niet. Daarom vinden we het belangrijk om ze te adviseren. We leggen bijvoorbeeld steeds meer beregening aan. Daarbij adviseer ik om met een regenmeter te werken, om onnodig sproeien te voorkomen. We zijn laatst ergens geweest waar de hele tuin vorig jaar verdroogd is. Door een druppelslang met een computertje aan te leggen, wordt geleidelijk water gegeven, zodat er geen water verdampt. Dit jaar gaat het prima met de tuin. Klanten moeten natuurlijk ook zelf in de gaten houden of de grond droog of nat is. Daarbij moeten we ze soms een beetje opvoeden. Het gebruik van kraanwater raden we sowieso af.' Het 'opvoeden' van klanten is niet altijd mogelijk, zegt Van Roosmalen. Het is afhankelijk van de band die er is met een klant. Sommige mensen zijn nu eenmaal erg kritisch. Om ook hen wat advies te bieden, geeft Van Roosmalen altijd een A4'tje met tips om de nieuwe tuin de zomer door te helpen. 'Daarop staat bijvoorbeeld dat het niet slim is om te snoeien bij hoge temperaturen, en dat het maaien van het gazon best een keertje overgeslagen mag worden. Ook adviseren we om 's avonds te bewateren en ervoor te zorgen dat het water de dieper gelegen wortels bereikt. Deze tips hebben we van Tuinkeur. We geven het A4'tje zo vroeg mogelijk in het proces aan de klant, zodat die op de hoogte is van wat er aan nazorg moet gebeuren in zijn tuin.'
|
'Vijf dagen per week in een boom zitten is fysiek zwaar'
| |
|
Van productiemanager naar boomverzorger
Ook (nog) gesitueerd in Vinkel, is Hein van Iersel. De neef van onze hoofdredacteur, nu nog woonachtig in Vinkel, verhuist half september naar Oisterwijk. 'Daar heb ik een kantoor en ik zit er dichter bij mijn bedrijf. Dat werkt een stuk makkelijker', vertelt hij. Van Iersel was productiemanager bij een zaaizadenfirma in Toulouse (Frankrijk), voordat hij zijn baan opzegde en zijn eigen bedrijf begon. 'Ik was het reizen zat. Ik vloog veel en sliep in hotels. Ik wilde iets nieuws. Toen dacht ik: als ik ooit iets voor mezelf wil opbouwen, kan ik er maar beter direct mee beginnen. Dus tweeënhalf jaar geleden heb ik mijn baan opgezegd en ben ik begonnen in de boomverzorging. Ik kom uit een boomkwekerijfamilie en deed het al veel in mijn vrije tijd. Het was dus geen verrassing dat ik daarvoor koos. Nu, tweeënhalf jaar later, begint het een beetje te lopen met de opdrachten. Het begin is moeilijk; je moet veel investeren in materiaal en kennis. Zo heb ik een ETW-cursus gedaan om me verder te specialiseren. Je moet een duurzame klantenkring opbouwen. Er is in principe genoeg werk voor iedereen, maar het duurt even om een stabiele klantenkring op te bouwen waarmee je lange tijd vooruit kan.' Van Iersel werkt vooral in grote particuliere tuinen waar ook grote bomen staan. Ook doet hij wat onderhoud voor zorginstellingen en bedrijven. 'Boomverzorging is het voornaamste wat ik doe; daar ben ik vier van de vijf dagen mee bezig. Omdat we veelal in grote landelijke tuinen komen, pakken we het onderhoud en de aanleg vaak mee. We noemen dat landschapsmanagement. Er beginnen wel steeds meer hoveniersklussen te komen. Ik denk aan mijn toekomst. Vijf dagen per week in een boom zitten is fysiek zwaar, dus dat zie ik mezelf over twintig jaar niet meer doen.'
| Hein van Iersel |
|
|
Van bovenaf sproeien
Van Iersel neemt niet alleen maatregen voor zijn eigen lange termijn; hij doet hetzelfde op zijn werk. Door de steeds drogere zomers verandert zijn werkwijze. 'Alle grote bomen die we verplanten, pakken we tegenwoordig standaard in tegen de zon. We maken een gietrand, zodat het water dat gegeven wordt ook daadwerkelijk de kluit bereikt. Op die manier houden we er rekening mee. Ik maak me weleens zorgen om de droge zomers; klimaatverandering wordt echt een probleem.' Om grote bomen te beschermen tegen hitte en zon, is Van Iersel een nieuw product aan het ontwikkelen: een sproeiertje dat de boom van bovenaf benevelt. 'Als je een boom verplant, snij je het hele haarwortelsysteem eraf. Veel verkopers hebben een nazorgprogramma; anderen laten het over aan de klant. Het probleem is dat klanten twee of drie keer per week water bij de stam gooien. Maar omdat het haarwortelsysteem niet meer aan de kluit zit, werkt het circulatiesysteem nog niet goed. Het gevolg: wanneer je op een hete dag water bij de boom gooit, loopt het er allemaal langs en kan de boom dus niet voldoende opnemen. Door kunstmatig het effect van een regenbui na te bootsen vanuit de kruin, verkoelt de hele boom, zodat de stam en bladeren niet verbranden. Het is dan ook niet nodig om water bij te geven.'
|
'We moeten klanten soms een beetje opvoeden'
| |
|
Kans op uitval verminderen
Het systeem zou aangevuld kunnen worden met een timer die aanslaat op het heetste moment van de dag. Daardoor heeft de klant er geen omkijken meer naar en heeft de boomverzorger een kleinere kans dat zijn project mislukt. 'Een grote boom kost duizenden euro's. Naar mijn mening kan zo'n simpel systeem de kans op uitval serieus verminderen', vertelt Van Iersel. Een win-winsituatie dus. Het systeem is ondertussen bij enkele klanten uitgeprobeerd. Van Iersel wil wel duidelijk maken dat het niet op wetenschap is gebaseerd en hij dus (nog) niet kan bewijzen dat het ook echt werkt. 'Maar bij mij heeft het wel succes. We zouden het in de toekomst kunnen verkopen, maar daarvoor moet ik het product nog verder finetunen.'
| Johnny van Lokven |
|
|
Loonbedrijf van origine
Het familiebedrijf Van Lokven Groen, Grond en Infra uit Vinkel bestaat bijna 60 jaar. Tegenwoordig heeft Johnny de leiding, de tweede generatie Van Lokven. Zijn vader is begonnen met het bedrijf, dat oorspronkelijk een landbouwbedrijf was. Hij heeft het bedrijf van de grond af opgebouwd. Johnny: 'Mijn vader begon met niks. Toen de mechanisatie opkwam, kocht hij een tractor waarmee hij gras ging maaien. Zo werd het een groot loonbedrijf met vijftien mensen in dienst.' Johnny van Lokven is opgegroeid op het bedrijf; als oudste zoon was het vanzelfsprekend dat hij ook in het bedrijf kwam werken. 'Ik vond de tractors mooi. Ik heb er van kleins af aan mee gereden. Zo ben ik begonnen. Ik heb nooit gedacht dat ik iets anders zou gaan doen. Vanaf mijn zeventiende was ik dus aan het werk, terwijl ik in de avonduren naar school ging om techniek te leren.'
Nadenken over het leven
Zes jaar geleden is het bedrijf gestopt met de landbouw. Geleidelijk aan kreeg het werk in de groenvoorziening de overhand. 'Ik ben gaan nadenken over het leven: is het wel zinvol wat we doen, wat is de toekomst van de landbouw? In de omgeving zag ik dat op steeds meer bedrijven de handdoek in de ring werd gegooid. Daarnaast snakte ik naar een leven met meer structuur. De werktijden in de landbouw zijn heel slecht. Wat je vandaag bedenkt, moet morgen klaar zijn, omdat je niet weet of het de volgende dag regent. Je weet nooit of je in het weekend moet werken, en je hebt aanwas nodig van enthousiaste jonge werkkrachten die ook in het weekend uren willen maken. Het was een moeilijk besluit, maar we zijn gestopt met de landbouw en zijn verdergegaan in het groen.'
Elke dag even kijken
Van Lokven onderhoudt verschillende terreinen, waaronder de camping die een halve kilometer van het bedrijf af ligt. Ze doen daar het grasonderhoud, snoeiwerk, rooien bomen en leggen nieuwe beplanting aan. Ook ruimen ze blad en knippen ze machinaal heggen. Het bedrijf voert werkzaamheden uit voor gemeentes, bedrijven, hoveniers en particulieren. Als specialist hebben ze de enige grasbanen van Nederland te Rosmalen aangelegd en voeren ze het onderhoud uit voor het tennistoernooi Libema Open. Op dit moment zijn er tien mensen in dienst. Van Lokven werkt samen met zijn vrouw op kantoor. Zij doet de administratie en personeelszaken, hij verzorgt de planning en neemt klussen aan. 'Als iemand belt voor een opdracht, ga ik kijken wat er moet gebeuren, welke machines er nodig zijn en wat het gaat kosten. Mijn vader (inmiddels 88 jaar) komt ook elke dag nog even kijken of hij wat kan doen. Dat is zo gegroeid. Hij woont dichtbij en kan nog autorijden. Op deze manier blijft hij bezig. Het houdt hem jong.' Behalve in het groen is Van Lokven ook actief in infra, gericht op grondverzet in het kabelwerk, en grond, waarbij Van Lokven bouwputten uitgraaft, grondwerk doet voor bouwbedrijven en kranen verhuurt. 'Grond is eigenlijk ook een onderdeel van groen. We vinden het heel belangrijk om de grond goed te krijgen, zodat het groen goed kan groeien. We bewerken de grond dan ook heel zuinig. We kijken naar de bodemdruk, welke kraan met welke banden we erop moeten zetten. En we vragen ons af hoe we het bodemleven terugkrijgen. Mensen vergeten vaak dat de grond een goede basis moet zijn voor de plant die je erin zet. We zijn nu bijvoorbeeld bezig met een nieuwbouwproject waarbij we een tuin aanleggen. Daar ligt allemaal los zand, dat we 1,5 meter moeten uitgraven. We bouwen de grond opnieuw op, zodat die de juiste voedingstoffen bevat voor de tuin. Anders heb je alleen een zandbak met een plant erin.'
| Met de waterton bewatert Van Lokven het gemeentegroen. |
|
|
Rond met de waterton
Van Lokven kan zijn werkwijze niet altijd aanpassen aan bijvoorbeeld de droogte, omdat hij voor een groot deel voor gemeentes werkt. 'We gaan met de waterton rond voor gemeentes en hoveniers, en dan kom je bij een boom met een gietrand eromheen. Daar gaat tijdens het bewateren in korte tijd veel te veel water in, dus loopt het weg. Het is de kunst om een groot oppervlak voor langere tijd water te geven. Maar dat duurt lang en is erg arbeidsintensief. In een gemeenteplantsoen is dat niet haalbaar.' Toch speelt de droogte wel een rol. 'We hebben een project gehad bij Autotron Exclusive in Rosmalen, waarbij we het grondwerk, de bestrating en de beplanting hebben aangelegd. Hier hebben we ervoor gekozen om bij alle beplanting, inclusief de bomen, een druppelleiding te leggen. Dit is in eerste instantie wel duurder, maar het verdient zich de komende jaren makkelijk terug door besparing op uitval van planten en op arbeidsuren voor het water geven.'
Geen wateroverlast
Van Lokven heeft tijdens werkzaamheden nooit te maken met wateroverlast. 'De beheersing van water is een taak van ontwerpers. De tuin moet natuurlijk niet helemaal van steen zijn, maar groen, met buffers. Bij nieuwbouwwoningen is het tegenwoordig vaak verplicht om infiltratiekratten te installeren, omdat het regenwater niet meer in het riool terecht mag komen. Pas geleden hebben we een ruimte van 10 m3 gemaakt onder een tuin. We stapelden heel veel kratten op elkaar, tot wel 1,5 meter diep. Bij dit project werd het hemelwater hergebruikt voor de tuin, maar ook om het toilet door te spoelen.'
Doe mee!
Ben jij hovenier of werk je in het openbaar groen? Heb jij een goede manier gevonden om droogte in tuinen of parken tegen te gaan? Of adviseer jij je klanten altijd om wateroverlast te voorkomen? Stuur jouw idee naar de redactie. Wie weet win jij daarmee de prachtige Gouden Gieter.
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|